Met je ogen knipperen, niezen, slikken: je doet het automatisch, zonder erbij na te denken. Het zijn aangeboren reactiepatronen op uitwendige prikkels, ofwel: reflexen. Ieder mens heeft deze reflexen vanaf zijn geboorte. Maar baby’s hebben er nog meer: primitieve reacties die in de eerste maanden verdwijnen.
Dat een baby geen willoos wezen is, behoeft geen uitleg. Maar kordaat reageren op gevaarlijke situaties, dat zie je hem niet snel doen. Toch wordt een kind geboren met een aantal reflexen die ervoor zorgen dat hij zich, zij het primitief, gelijk al kan redden uit benarde situaties. Van een deel van deze reflexen is duidelijk waarvoor ze dienen. Ze zijn als het ware een voorbereiding op het ‘echte werk’: kruipen, lopen, grijpen. Of ze hebben een functie tijdens de geboorte. Van andere reflexen is (nog) onduidelijk wat er het nut van is.
De reflexen van pasgeboren verdwijnen in de loop van hun ontwikkeling weer. Dit komt doordat hun hersenen rijpen en reflexen omzetten in bewuste reactiepatronen. Een aantal van de reflexen wordt na de geboorte getest en zijn voor jou waarschijnlijk gesneden koek. Zij zeggen iets over de cognitieve ontwikkeling van de baby. Andere zijn minder bekend. Wanneer de primitieve reflexen niet verdwijnen na verloop van tijd, of op latere leeftijd terugkeren, zijn ze vaak onderdeel van een stoornis als ADHD of een ziekte, zoals Parkinson.
Lees meer over de verschillende reflexen van je baby:
Spinale Galant en Pulgar Marx reflex