peuterpuberteit tips

Hoe ga jij om met een publieke driftbui van je peuter? Met deze handige tips sla je je door de peuterpuberteit heen.

Blijf rustig
Waarschijnlijk erger je je kapot, maar blijf kalm. Als je boos wordt, gaat je kind zich alleen maar heftiger verzetten. Een driftbui volgt en dan ben je nog verder van huis.

Laat je peuter kiezen
Betrek je peuter bij keuzes die gemaakt worden. Daarmee geef je je kind het idee dat hij ertoe doet. Laat hem dus binnen bepaalde grenzen meebeslissen.

Wees je peuter voor
Veel handelingen hoef je niet met een vraag in te leiden. Als je vraagt ‘zullen we in bad gaan?’ is de kans groot dat je kind ‘nee’ zegt. Neem hem dus gewoon mee naar de badkamer en maak het gezellig.

Negeren
Sommige peuters zeggen doodleuk ‘nee’ op alles, gewoon om te zien wat het effect zal zijn. Ga daarom niet op iedere ‘nee’ in.

Wees vastberaden
Op sommige momenten moeten er knopen doorgehakt worden. Ga geen discussie aan als je de straat over moet steken. Geef je kind een hand en steek over. Je kind mag best weten dat er grenzen zijn en dat jij het laatste woord hebt. Wees daar duidelijk in.

Wees consequent
Geef niet toe om van het gejengel af te zijn of omdat je kind en plein public een driftbui krijgt. Probeer je even niets aan te trekken van al die vreemde blikken. Bij opvoeden moet je op de lange termijn denken. Als je eenmaal toegeeft, is de kans groot dat je binnen afzienbare tijd voor hetzelfde probleem komt te staan.

Geef grenzen aan
Grenzen stellen betekent trouwens niet alleen verbieden, het betekent ook aangeven wat wel allemaal mag. Een kind dat heeft geleerd dat er grenzen zijn, zal waarschijnlijk minder gauw uit zijn dak gaan dan een kind dat daar niet mee bekend is. Dus: nee is nee en ja is ja.

Blijf positief
Beloon positief gedrag en probeer – niet altijd even makkelijk – negatief gedrag zoveel mogelijk te negeren.

Maak het overzichtelijk
Zorg voor een voorspelbare dagindeling, dat voelt veilig en vertrouwd aan. Het geeft je kind houvast in deze roerige fase.

Trek een lijn
Het is belangrijk dat je als ouders op één lijn zit. Een peuter voelt feilloos aan bij wie hij iets gedaan krijgen. Lukt het bij mama niet, dan ga ik naar papa.

Wanhoop niet
Van een dwars kind kun je knettergek worden, maar hou vooral in je achterhoofd dat hij dit niet expres doet. Dit soort buien horen bij de ontwikkeling. En bij die ontwikkeling heeft je peuter jou juist heel hard nodig. Vanaf drie jaar wordt het puberen geleidelijk aan minder en rond het vijfde jaar is het zo goed als verdwenen.

>>Boekentip over het opvoeden van peuters.