oorzaken huilen
 

oorzaken huilen baby

Sommige ouders herkennen al vrij snel de verschillende soorten huiltjes. Anderen vinken na een jaar nog een lijstje af. Vooral bij een eerste kind kan het lastig zijn om te achterhalen waarom het precies huilt. Dit kan een oorzaak zijn:

honger

Alle baby’s huilen, de een wat vaker dan de ander. Huilen begint meestal in de eerste weken – vaak net na het vertrek van de kraamverzorgende – bereikt een piek bij zes weken en neemt daarna weer af. Die periode van onrust is vaak maar van tijdelijke duur. Maar wat wil je baby nu precies kenbaar maken? Een schone luier is betrekkelijk makkelijk te achterhalen. Maar honger? Veel baby’s maken als ze honger hebben kleine smakgeluidjes of beginnen op hun knuistjes te sabbelen. Je kunt het huilen wellicht voor zijn door met voeden te beginnen op het moment dat je baby op z’n handjes sabbelt. In het prille begin gaat het om piepkleine signalen, daarom is het ook zo belangrijk dat je baby bij jou op de
kamer slaapt. Voor je het weet heb je het hongersignaal gemist. Maar toch… niet alle baby’s maken op die manier duidelijk dat ze honger hebben. Er zijn er ook bij die meteen een enorme keel opzetten.

prikkels

Na negen maanden in de baarmoeder is je baby ineens niet meer gewichtloos, komen geluiden en licht feller binnen, wordt hij door vreemde
handen gedragen en ervaart je kind voor het eerst fysieke sensaties als honger en kou. Veel baby’s zijn gevoelig voor een overvloed aan prikkels. Als ie het kon vertellen, zou hij waarschijnlijk zeggen: ‘Ik moet gewoon even huilen’. Als je bedenkt hoeveel nieuwe indrukken een baby in korte tijd na z’n geboorte moet verwerken, is het niet gek dat hij jouw vertrouwde geur, warmte en stemgeluid nodig heeft om te ervaren dat het wel goed zit. Want zelf is een baby nog niet in staat die stress te reguleren.

krampjes

Darmkrampjes kunnen ook een reden voor huilen zijn. Het heeft in ieder geval geen zin om over te stappen op kunstvoeding. Ook baby’s die kunstvoeding krijgen, hebben namelijk last van darmkrampjes. Wachten tot de baby wat ouder is en intussen zoeken naar manieren om hem te troosten, is eigenlijk de enige oplossing. Een baby die veel huilt, kan in een vicieuze cirkel terechtkomen. Bij het huilen hapt je kind veel lucht en
krijgt het last van zijn buik. Huilen kost veel energie, waardoor je baby weer sneller honger krijgt. Als je aanlegt, zal je baby extra gulzig zijn en na afloop weer buikpijn hebben. De oplossing lijkt simpel: voorkomen dat je kind overstuur raakt en vaak kleine beetjes voeden. Maar de praktijk is soms weerbarstiger.

bedtijd

Wanneer je baby moe wordt, zal hij gaan wegkijken of zijn hoofdje afwenden als je oogcontact probeert te maken. Het gaat bij jonge baby’s om
heel subtiele signalen. Maar in feite laten ze weten ‘ik heb nu even genoeg contact gehad’. Als je baby iets ouder is, zijn er meer tekenen die op vermoeidheid kunnen duiden, zoals bleek worden, gapen, in de ogen wrijven, het oor of hoofdje pakken, het knuistje zoeken of pruttelen. En er zijn baby’s die druk gedrag gaan vertonen als ze moe zijn. Dat lijkt dan een uitnodiging om gezellig te spelen. Maar doe je dat, dan raakt je kind oververmoeid. En reageert het waarschijnlijk met huilen, waardoor je baby vervolgens moeilijker in slaap kan komen. Vooral in het begin – en helemaal bij een eerste kind – is het moeilijk om de slaapsignalen die je baby afgeeft juist te interpreteren. Daarom is het misschien handig om te weten hoeveel een baby overdag wakker is. Uiteraard gaat het hier om gemiddelden. In de eerste twee weken is een baby een half uur tot drie kwartier per keer wakker. Tussen twee en zes weken is dat drie kwartier tot een uur. En vanaf zes weken tot drie maanden een uur tot vijf kwartier. Maar toch, blijf altijd goed naar je kind kijken, niet naar de klok. En tot slot: je baby wordt rustiger van regelmatige slaapjes over de dag verdeeld. Overdag wakker houden omdat een baby dan ’s nachts beter zou slapen, werkt averechts.

lichamelijk contact

Ook al weet je niet zeker waarom je baby huilt, je kunt hem altijd aan de borst leggen. Baby’s hebben nu eenmaal behoefte aan zuigen, meestal
worden ze daar kalm van. De borst en jouw hartslag geven een veilig gevoel van geborgenheid. Lichamelijk contact is voor iedere baby – en helemaal voor verdrietige baby’s – belangrijk. Het is altijd een kwestie van uitproberen om te achterhalen waar je kind rustig van wordt. Knuffelen, wiegen, een warm badje of een beetje rondlopen, al dan niet met een draagdoek: wie weet helpt het. Of misschien wordt je baby kalm als je tegen hem praat en hem zachtjes over zijn wangetje aait. Neem vooral de tijd om te ontdekken welke manier werkt. Is je baby moe, geef hem dan de rust om in slaap te kunnen vallen. Dat mag eventjes duren, een klein beetje napruttelen in de wieg is niet erg. Je hoeft hem niet bij elk piepje meteen weer op te pakken. Maar grijp altijd in als je kind hartstochtelijk huilt en er niet zelf uit kan komen. Langdurig laten huilen is
niet goed voor een veilige hechting. Na wanhopig en tevergeefs om hulp te hebben geroepen, geeft je baby het uit pure onmacht op en valt ie van totale uitputting in slaap.

>>Boeken over baby’s en huilen