ontwikkeling van de smaak

In de zesde maand van de zwangerschap hebben de smaakpapillen zich ontwikkeld en kan de baby al onderscheiden of het vruchtwater bitter, zoet of zuur smaakt. Dit is het begin van de ontwikkeling van een voorkeur voor verschillende soorten voeding. Daarom is het belangrijk dat een moeder tijdens haar zwangerschap gevarieerd eet, want op die manier raakt een baby al bekend met verschillende soorten smaken. Na zes maanden borstvoeding zal de baby makkelijker overgaan op vaste voeding.

De baby zal na de geboorte de smaken van het vruchtwater waarschijnlijk weer herkennen in de moedermelk. Als de moeder na haar bevalling er ineens een geheel ander voedingspatroon op nahoudt, dan merkt een baby dat wel degelijk. En het kan zelfs zo zijn dat hij weigert die ‘onbekende’ melk te drinken.

Het stimuleren van de smaak van je baby
Er bestaat een speciale band tussen de smaakzin en de reukzin. Met de tong kunnen mensen vier smaken onderscheiden: zoet, zuur, bitter en zout. Alle andere smaken komen door via receptoren in de neus. Als op een gegeven moment wordt overgestapt naar vaste voeding, is het belangrijk om een kind zo gauw mogelijk kennis te laten maken met verschillende smaken. Dit kan best wat inzet vragen: ‘wat de boer niet kent, dat eet ie niet’, geldt ook voor baby’s. Maar als een baby weigert om een hap groente te eten, dan kan het heel goed dat hij er na de tiende keer herhalen ineens wel van smikkelt. Overigens: baby’s beschikken nog over een tongreflex, waardoor ze de tong tijdens het eten naar buiten duwen. Dat betekent dus niet altijd dat ze het eten niet lekker vinden. Hoe dan ook verschilt de voorkeur voor eten gedurende het eerste jaar per baby.